Proeftuin Breezand
Start in 1943
Met de komst van de Tuinbouwvakschool in 1943, werd de Proeftuin Breezand gestart. Het is jarenlang een belangrijke plek geweest voor bloembollenonderzoek in het Noordelijk Zandgebied. De Proeftuin was 5 are groot. Financiële steun voor de oprichting kwam van leden van de KAVB, het CBC en de gemeente Anna Paulowna. Vanwege de noodzakelijke vruchtwisseling rouleerde de Proeftuin over het bedrijf van Ruysenaars op de hoek Zandvaart-Molenvaart en het land van Preyde, ook gelegen aan de Molenvaart.
Uitbreidingen
In 1950 werd een overeenkomst aangegaan met de R.K. Kerk in Breezand voor het barakkenveld aan de Wijdenes Spaansweg.
In de jaren '60 werden een schuur en een kas gebouwd bij de lagere tuinbouwschool aan de Zandvaart. Op die manier werd het een centrum voor onderwijs, onderzoek en voorlichting.
In 1978 werd besloten tot een plan voor uitbreiding en verbetering. Eind jaren ’80 beschikte de proeftuin over up to date ingerichte gebouwen.
Onderzoek
Tulp: Er werd onderzocht welke invloed de plantafstand, plantdiepte en regelafstand hadden op de opbrengst. Ook werden de sortering en de kwaliteit bestudeerd, en het beste tijdstip om te koppen. Ziektebestrijding was ook een belangrijk onderdeel. Er werd meer duidelijk over plantgoedontsmetting, stikstofbemesting, onkruidbestrijding, koppen, vuurbestrijding, plantdichtheid en plantverband van de tulp.
Hyacint: De behandeling van holbollen met groeistoffen kwam aan de orde. Ook de bolstand in de holkamer, grondsoortvergelijking, wortelrotbestrijding en huidziekbestrijding werden onderzocht.
Narcis: Grondsoortvergelijking, de bewaring van ‘Van Sion’ en onkruidbestrijding hadden de voornaamste aandacht.
Gladiool: Er werd aandacht besteed aan het kiemen van kralen, ontsmetting, planttijdstippen, N-bemesting, onkruidbestrijding, bespuiting en rooitijdstippen.
Crocus: Het onderzoek richtte zich op plantgoedbewaring.
Iris: De warmwaterbehandeling, plantverbanden, stikstofbemesting, vuurbestrijding en plantgoedbewaring werden onderzocht.
Overname Proeftuin Breezand
In januari 1997 wilde de overheid de Proeftuin Breezand verkopen, waardoor het bloembollenonderzoek in het Noordelijk Zandgebied dreigde te verdwijnen. Gebr. Van der Meer (adviseur op het gebied van gewasbescherming) besloten de Proeftuin over te nemen. “Wij deden al onderzoek in de bloembollen en wilden dit graag centraliseren en verder uitbreiden”, vertelt mede-eigenaar Jan-Willem van der Meer.
Anno nu kennen we het bedrijf als van Gent van der Meer Nuyens. Op de Proeftuin Innoventis in Breezand wordt doorlopend onderzoek gedaan. Alle gewassen die op de zandgronden in de omgeving geteeld worden passeren de revue. Van der Meer: “Als we iets tegenkomen vanuit de praktijk of naar aanleiding van vragen van fabrikanten van gewasbeschermingsmiddelen dan pakken wij dat op. Enkele belangrijke onderwerpen zijn Virus, Fusarium, plantdichtheid, aaltjes en broeierijproeven. Maar dat is slechts een kleine greep uit alle proeven die wij doen.”
Volgens Van der Meer zal de Proeftuin ook in de toekomst een belangrijke rol blijven spelen. “Er verdwijnen vaak bepaalde gewasbeschermingsmiddelen en er komen weer nieuwe bij. Dat vraagt om onderzoek. Bovendien doen zich altijd weer nieuwe ziektes voor. Vijf jaar geleden had bijna niemand nog van Erwinia gehoord en nu is dat aan de orde van de dag. Hetzelfde geldt voor het PLAMV-virus in de lelies. En de laatste jaren doen we veel onderzoek in de Zantedeschia’s, een relatief nieuwe teelt in het Noordelijk Zandgebied.”